5e zondag door het jaar C 10-02-2019
Jesaja 6,1-2a.3-8; Lucas 5,1-11
Zusters en broeders.
Wij hebben net twee Bijbelse verhalen van deze zondag gehoord. Een paar dagen geleden toen ik deze verhalen las, dacht ik meteen aan mijn eigen roeping als religieus, missionaris en priester. God heeft mij geroepen om mee te werken aan zijn heilsplan voor de mensen. Hij heeft mij groepen en gekozen tot een van zijn medewerkers in zijn wijngaard, niet omdat ik heilig ben of een perfect mens ben, maar omdat God van mij houdt en in mij vertrouwt, als zijn kind. Ik ben ervan bewust dat ik ook zwakheden heb, zoals andere mensen. Ondanks dat heeft God toch mij geroepen en gekozen om mee te werken in zijn heilsplan voor deze wereld. Ik doe dit tot nog toe met veel plezier en enthousiasme.
Daarom begreep ik heel goed over de roeping van Jesaja in de eerste lezing die mij inspireert. Hij ontmoet God persoonlijk en voelde zich niet waardig om voor het aanschijn van de Heer te staan. Want, Gods glorie bedekt de hemel en de aarde. In de ontmoeting met God werd Jesaja zich meer bewust over zijn eigen leven. Hij noemde zich als een verloren mens en niet bij Gods wereld hoort. In die situatie heeft hij de kans gekregen om God te ontmoeten. In die ontmoeting met God werd zijn onreine lippen helemaal rein gemaakt. Hij werd rein van alle kwaad of van alle drempels van zijn leven. Door dit alles kreeg hij de genade van vergeving van God en dan vroeg God hem: ‘Jesaja, wie zal ik zenden’? Hier ben ik, antwoordde Jesaja, zendt mij.
Dit roepingsverhaal gaat verder in de evangelielezing. De stemming van het verhaal is niet zo positief. Simon en zijn collega’s hebben de hele nacht hard gewerkt, maar ze hebben niets gevangen. Zi waren zeer bedroefd en teleurgesteld. Ze hebben tevergeefs de hele nacht niet geslapen, omdat ze moesten werken. In deze moeilijke situatie sloot Jezus zich bij hun groep aan. Hij vroeg Simon en zijn collega’s om hun boot te gebruiken. Hij ging daarin zitten en vandaar onderrichte Hij de massamensen die naar zijn verhaal wilden luisteren. Die mensen waren blij met al de woorden die ze van Jezus hebben gehoord.
Toen Jezus klaar was met zijn presentatie vroeg Hij aan Simon: Simon, vaar nu naar het diepe en gooi jullie netten uit voor de vangst.’ Simon liet zijn frustraties aan Jezus zien en zei: “Meester, de hele nacht hebben we gezwoegd zonder iets te vangen, maar op uw woord zal ik de netten uitgooien.” In het antwoord van Simon was de nieuwe hoop duidelijk aanwezig. Hij wist wie het woord heeft gezegd. Zijn hoop werd een werkelijkheid. De frustratie van Simon en zijn collega’s totaal veranderd tot vreugde en blijheid. Jezus geeft hun de kans om hun verlangens te vervullen, de verlangden naar een goede visvangst.
En dat gebeurde in de aanwezigheid van Jezus. Zonder Jezus hebben ze niets gevangen. Maar, met Jezus ontvingen ze vissen in overvloed.
Dit succesverhaal gebruikt Jezus om Simon, Jakobus en Johannes een nieuwe taak of functie te geven. Vanaf dat moment zijn ze niet meer visvangers geworden, maar mensen vangers. Dat deden ze niet meer voor hun eigen belang, maar voor het belang van Jezus, hun Meester. Ze wilden verder samen werken met Jezus. Daarom verlieten ze hun netten achter en Jezus volgden. Hun levensoriëntatie of hun levensdoel verandert van vissersvangers naar mensen-vangers. Dat doen ze voor en met de Heer.
De kern van dit roepingsverhaal zien wij ook in het roepingsverhaal van de heilige man van Assisi: Franciscus. God riep hem toen hij aan het bidden was in de San Damiano kerk die bijna geheel aan het vervallen was. Franciscus, zei de Heer: Ga en herstel mijn huis. Voor dit roeping heeft hij alles achtergelaten: zijn ouders en de rijkdom. Hij begon zijn werk om het huis van God te herstellen met de aandacht schenken aan de armen van Assisi.
Hij zelf werd ook dakloos geworden, omdat hij weigerde om thuis bij zijn ouders te blijven wonen. Hij is getrouwd met de Vrouw Armoede. Wat hij bezat gaf hij alles aan armen en zwervers. Zijn leven was radicaal veranderd. Hij begon te preken in zijn eigen dorp Assisi. Zijn boodschap was liefde tot God, liefde tot de naasten, liefde tot de dieren en de planten. Hij noemde alle schepselen zijn broeders en zusters.
De boodschap van Franciscus gold niet alleen voor de mensen van toen, maar het geldt ook voor ons vandaag. Paus Franciscus is net terug van zijn unieke bezoek aan Abu Dhabi in de Verenigde Arabische Emiraten. Daar woonden 600 religieuze leiders uit de gehele wereld een Conferentie bij over Broederschap. Hoofdgasten waren de Paus en Groot-Imam Ahmed El Tayeb van de Al Azhar-Universiteit in Cairo. Samen tekende ze een Document “Broederschap voor Wereldvrede en Samenleven.’
Ga en herstel mijn huis. Wat betekent dit voor ons, zusters en broeders? Dit thema nodigt ons uit om onze parochie in de geest van deze heilige man: Franciscus verder op te bouwen. Dat wij van God en van elkaar houden. Dat wij de schoonheid van de natuur herstellen en bewaren. Dat wij elkaar helpen. Dat wij elkaar bemoedigen om onze gemeenschap samen te dragen. Dat wij mensen in nood niet vergeten. Als wij dit alles samen willen doen, dan horen we bij Gods wereld, bij de profeet Jesaja en bij Jezus. Met deze mooie woorden gaan we samen Gods huis herstellen door onze goede woorden en daden.
Amen.
Pastor Marianus Jehandut