Overweging WoCom-viering 1 maart 2020 in Gerardus
Lezingen : Gen. 2,7-9; 3,1-7 – Rom. 5,12.17-19 – Mat. 4,1-11
Overweging
Lieve mensen,
vandaag is de eerste zondag van de vastentijd. Wat betekent vasten? Het betekent dat je tijdelijk jezelf dingen ontzegt ter wille van een hoger doel. Het kan gaan om voedsel, maar ook om andere dingen die je dagelijks meermalen gebruikt. Bijvoorbeeld je mobiele telefoon of het internet. Je legt jezelf beperkingen op. Vanuit de gedachte: “Less is more!” Niet de grote hoeveelheid, maar de kwaliteit van de tijd en de dingen – de kwaliteit is waar het op aan komt.
Het lijkt een beetje op kamperen in de vakantie. Je neemt genoegen met veel minder comfort. Je kijkt minder televisie. Je brengt meer tijd met elkaar door. Je eet andere dingen dan je thuis zou doen. En je beweegt meer. Kamperen in de natuur lijkt een beetje op leven in het paradijs. Toch ben je niet honderd procent zorgeloos. Je moet je leven wel een beetje organiseren. En je moet rekening houden met de beperkingen die horen bij kamperen. Vanuit deze ervaring kunnen we ons ook herkennen in de eerste lezing.
Adam en Eva leven in een paradijsachtige situatie. Zonder veel zorgen krijgen ze alles wat ze nodig hebben voor een gelukkig leven. Een kleine inspanning is voldoende. Ze moeten de tuin van God bewerken en vooral bewaren (Gen. 2,15). De onderlinge verhouding tussen man en vrouw is harmonisch, geen vuiltje aan de lucht. Ook de relatie met God is onbelast: de eerste mensen zijn bij Hem kind aan huis.
Dit is het ideaalbeeld dat je in alle culturen vindt. Maar we weten allemaal dat ons huidige leven niet zo harmonisch is. Wat is er gebeurd? Wat maakt dat onze menselijke verhoudingen verstoord raken? En onze verhouding met God? Daarover gaat de eerste lezing vandaag. De Schrift wil ons iets duidelijk maken over de kern van ons bestaan. Wij mensen moeten leven met grenzen en beperkingen. Niet alles kan. Adam en Eva mogen van de meeste bomen eten, maar niet van allemaal. Aanvaarden zij deze inperking? In het begin wel, maar later gaan ze in de fout. Het lijkt een kleine. Maar kleine fouten kunnen grote gevolgen hebben. Als we voorbijgaan aan de grenzen en beperkingen van de ander, kan dit leiden tot grote verstoringen in relaties.
Dit verband wordt in de tweede lezing gelegd door de apostel Paulus. Hij vraagt: Hoe kan de breuk in ons bestaan worden gerepareerd? Hij wijst ons op de betekenis van Jezus Messias. Hij was onschuldig. Toch is Hij ter dood gebracht. Door mensen die beter hadden moeten weten: de hogepriesters en Schriftgeleerden van zijn tijd. Hoe gaat de reparatie in zijn werk? God de Vader haalt Jezus door de dood heen en geeft Hem nieuw en onvergankelijk leven – en een ereplaats aan zijn rechterhand. Dit vieren we met Pasen. Aan ons vergeeft Jezus onze fouten. De Zoon van God die onschuldig is gestorven, is hiertoe in staat. Hij opent voor ons de weg naar een nieuw leven. Als we zijn weg volgen, kunnen we de onschuld van het paradijs weer terugvinden.
Die weg is een leerschool. In het evangelie horen we over drie kern-kwesties in ons leven. De eerste luidt: Hoe gaan we om met materiële behoeften? Aangeduid als brood. Proberen we zoveel mogelijk bezit te verzamelen? Om ons veilig te voelen? Jezus leert ons: Kijk naar het doel! Waar dient het allemaal voor? Wanneer het gaat ten koste van je medemens of van God, dan ben je verkeerd bezig. Aanvaard de nodige beperkingen.
De tweede kwestie is: Hoe gaan we om met relaties? Proberen we elkaar te misleiden, onder druk te zetten? Misleiden is het werk van de duivel bij uitstek. In het evangelie staat het Griekse woord diabolos. Dit betekent: degene die de boel door elkaar gooit. Misleiden gebeurt meestal door halve waarheden. Iets dat waar is, wordt gekoppeld aan een leugen, die daardoor minder opvalt. Dit gebeurt met Eva en Adam, maar ook bij Jezus in de woestijn. De duivel citeert de Bijbel, maar op een leugenachtige manier. De geciteerde Psalm (91,11-12) gaat over vertrouwen op God tijdens menselijke reizen. Het gaat over bewegen in het horizontale vlak, met soms een steile helling. De Psalm gaat niet over naar beneden springen vanaf een hoge toren. Zo zien we hoe misleiding werkt met halve waarheden. In onze tijd kunnen we ook naar reclame kijken op TV of internet. In reclame worden grenzen en beperkingen vaak ontkend of verdoezeld. Dit gebeurt door een soortgelijke mix van halve waarheden en leugens. Zwichten we voor de verleidingen? Proberen wij anderen onder druk te zetten, zoals de duivel doet?
De derde kwestie gaat over macht. Wie beschouwen wij als ons idool? Voor wie knielen wij neer? Wie willen wij navolgen en waarom? Kijken we vooral naar mensen die succesvol zijn? Of is ons voorbeeld de Mens die aan het kruis is gestorven is? De Mens die onschuldig alle vernederingen verdragen heeft om de cirkel van het kwaad te doorbreken?
Wat betekent dit concreet in onze tijd? Maken wij in ons leven plaats voor mensen met beperkingen? Voor de zwakken in de samenleving? Dit jaar kunnen we dit doen door het vastenproject: onderwijs voor kinderen in de Filippijnen. Maar ook dichterbij huis. Ik ben bij de Hangmannengroep geweest op donderdagmiddag. Hier vinden mensen een luisterend oor dat ze nergens anders vinden. En ze krijgen een gezonde maaltijd die ze zelf niet kunnen koken. De Gerardus Majella heeft een belangrijke opdracht in onze samenleving die steeds harder wordt. Dit zijn twee voorbeelden van concrete dingen die we samen kunnen doen.
Het leven van Jezus en de lezingen van deze zondag wijzen ons de weg. De veertigdagentijd bereidt ons voor op het grote feest van Pasen. Mogen wij dieper doordrongen raken van onze menselijk opdracht. Mogen wij leren om beperkingen te aanvaarden, want alleen zo kan de onschuld van het paradijs worden teruggevonden.
Amen.
Jaap van der Meij