Hoe groot is ons vertrouwen in God, in Jezus Christus?
19e zondag door het jaar A: 9-08-2020
Lieve parochianen. In de afgelopen dagen, toen ik de Schriftlezingen van deze zondag las, kwam meteen deze vraag in mij op: hoe groot is ons vertrouwen in God en hoe groot is mijn persoonlijk vertrouwen in God, in Jezus Christus? Dit is een super belangrijke vraag voor mij en misschien ook voor u allen. Laten we vandaag het antwoord op deze vraag samen opzoeken en erover nadenken. Deze verhalen mogen ons vandaag opnieuw inspireren en bemoedigen. Want, de inspirerende en bemoedigende woorden hebben we hard nodig in ons dagelijks leven. Vooral in deze coronatijd.
In beide lezingen komen we vandaag iemand tegen die twijfelt aan de aanwezigheid en de hulp van God, aan Gods belofte en aan Gods mogelijkheid om staande te blijven in de chaos. Tegelijk klinkt in beide verhalen een tegengeluid. Een oproep die nieuw vertrouwen wekt, in weerwil van de situatie. Het is dát geluid, de stem die ook ons kan aanspreken.
Het evangelie gaat over mensen in grote angst en nood, verpletterd door de zorgen van het heden. Misschien gaat het wel over de vrouw die na jaren van twijfel besloot te scheiden. Nog geen maand na het tekenen van de papieren bleek haar ex-echtgenoot ongeneeslijk ziek. Paniek, twijfel was zij nog verantwoordelijk voor hem? En hoe gaat verder?
Misschien gaat het wel over de werknemer die hoort dat hij moet kiezen tussen loonsverlaging of ontslag. Of over het gezin dat zijn bejaarde ouder verliest, maar die ene broer die al een tijdje uit beeld is, en niet bij kan betrekken.
Misschien gaat het wel over ons vandaag. Soms slaat de paniek en de angst in ons leven toe. Wie kan helpen? Hoe komen we hier wel ongedeerd doorheen? Soms, tot onze schrik, is daar ineens de grootste vraag van allemaal. Waar is God als je Hem nodig hebt? Waarom doet God ons dit aan? Wij zijn toch altijd goed geweest voor anderen? Het diepste verlangen op dat moment is een teken te krijgen, een bewijs dat God bestaat en dat God sterker is dan al wat ons bedreigt.
In de eerste lezing heeft Elia de wens zo’n teken te krijgen. Hij is op de vlucht voor koning Izabel die hem met de dood bedreigt. Onderweg raakt hij zo uitgeput en moedeloos dat hij niet anders kan dan gaan liggen onder de struik en zuchten: ‘God, neem mijn leven maar. Het is genoeg zo.’ Maar er komt een engel, er komt eten. Hij krijgt de nieuwe kracht voor onderweg en hij hoort: ‘Kom op, sta op!’
Elia bereikt de Horep, de berg van God, en hoopt daar een oplossing te vinden voor wat hem overkomt. De macht en de intensiteit van aardbevingen, van storm en donder heeft hij nodig. Alleen die machten zullen sterker zijn dan de levensbedreigende machten die hij moet weerstaan, denkt hij. Maar God openbaart zich anders: in een onverwachte, zachte wind. Niet in macht en geweld, maar in een zachte, ruisende stilte laat God iets van zich horen.
In het evangelie roepen de leerlingen ook om redding. Jezus komt naar hen toe over het water. Geen heftigheid, geen bulderende stem, geen terechtwijzende vinger, maar een vertrouwenwekkende aanwezigheid. Hier is iemand die weet wat een mens kan bedreigen, die daar deelgenoot van geweest is en die daarom niet bang meer is voor water en wind.
De leerlingen denken eerst nog een spook te zien. Ook dát overkomt ons. We dachten alleen te zijn, maar ontdekken achteraf de engelen op ons pad. We dachten dat God er niet was, maar terugkijkend moeten we zeggen:’ Hij was er toch, Hij liet me niet ten onder gaan.’
Het geheim van de redding is het vertrouwen. Dat is wat Jezus ons aanreikt, als het water ons tot aan de lippen komt en wij op het punt staan het vertrouwen juist op te geven. Juist dan zegt Hij ons zijn aanwezigheid toe.
Wij hebben de innerlijke stilte nodig om Jezus’ aanwezigheid te ontdekken. Maar dat is niet gemakkelijk in het geraas van de storm. Als wij nog niet helemaal kunnen vertrouwen, zoals ook Petrus overkwam, steekt Jezus zijn reddende hand uit om ons te ondersteunen: wees niet bang, Ik ben het, zegt Hij.’
Lieve parochianen. Wij gaan even terug naar onze vraag: hoe groot is ons vertrouwen in God en hoe groot is mijn persoonlijke vertrouwen in God, in Jezus Christus? Het vertrouwen in God, in Jezus Christus heeft te maken met je open houding voor Hem. Zoals een blinde man gelooft in de zon, terwijl hij de zon niet kan zien, niet omdat hij de zon ziet, omdat hij de warmte van de zon kan voelen. Ons vertrouwen in God geeft ons de innerlijke richting, de innerlijke kracht en de innerlijke zekerheid in ons leven.
Zowel Elia in de eerste lezing als Petrus in het evangelie zijn voor ons de voorbeelden die ons kunnen inspireren en bemoedigen, om met hart en ziel in God, in Jezus Christus te kunnen vertrouwen. Hij laat ons nooit alleen in dit leven. Als je in nood verkeert is God in de stilte aanwezig. Wanneer je tijdens de storm in het water valt, komt Jezus jou te hulp. Vertrouwen in God kunnen hebben is een gave. Het door God gegeven vertrouwen roept ons op zijn beurt op om in Hem te geloven. God zegent ons! Amen.
Pastor Marianus Jehandut,SVD.