12e zondag door het jaar
Job 38,1.8-11; Marcus 4,35-41
God staat ons bij
Lieve parochianen, zusters en broeders. Sinds de corona uitbrak in maart 2019 ervoeren en ervaren we naast de grote beperkingen in onze vrijheid, ook de angst voor onze gezondheid en voor onze toekomst, de angst voor het verloren gaan van de werkgelegenheid en de angst voor de dood door het coronavirus. Tijdens deze periode hebben we ook de pijn en het lijden van de eenzaamheid ervaren enz.
In die situatie ervoeren en ervaren we als mens onze machteloosheid en kwetsbaarheid. Wij kunnen als mens de ellende van het coronavirus niet alléén aan. In die situatie hebben we de hulp van God en van onze medemensen hard nodig.
De angst, de machteloosheid en het zich alleen voelen heeft ook Job in de eerste lezing zelf ervaren. In deze korte lezing wordt geschetst hoe het lijden Job treft in zijn bezit, zijn familie en zijn gezondheid. Vervolgens komen drie vrienden hem troosten en uitgebreide gesprekken met hem voeren. Zijn vrienden zagen zijn ellende als de straf van God voor zijn zonden.
Maar Job was het helemaal niet eens met zijn vrienden. Hij geloofde helemaal niet in een straffende God, maar in een God die hem wilde helpen, een God die hem wilde verdedigen tegen alle kwaad van deze wereld. God bemoedigde Job door zijn verhaal over de schepping. Dat Job deel is van Gods schepping. Jobs situatie hoort bij de schepping van God. In zijn moeilijke situatie moest Job zelf iets van Gods grootheid en ondoorgrondelijkheid ervaren, om daarna de raadselen van zijn levenslot te kunnen ervaren en die laten verdiepen tot mysterie.
De leerlingen van Jezus hebben de angst en de machteloosheid ook ervaren, zoals wij dat in de evangelielezing net gehoord hebben. Per boot waren ze onderweg naar Gerasa aan het meer van Galilea. Jezus en zijn leerlingen zaten in dezelfde boot. Toen kwam ineens een hevige storm op en de leerlingen van Jezus waren doodsbang.
In die angstige situatie hebben ze Jezus wakker gemaakt en Hem om hulp gevraagd. Jezus stond op, richtte zich met een dwingend woord tot de wind en sprak tot het water: ‘Zwijg stil!’ De wind ging liggen en het werd volmaakt stil. Hij sprak tot hen: ‘Waarom zijt ge zo bang?’
De leerlingen waren bang omdat ze niet in Jezus geloofden. Ze kenden Jezus toen nog niet goed. Met dat storm-wonder wilde Jezus hen laten zien wie Hij in de werkelijkheid is. Dat Hij de macht heeft over alles tussen hemel en aarde. Jezus heeft de macht over de storm en het water. ‘Wie is Jezus toch, dat zelfs wind en water Hem gehoorzamen?’ vroegen de leerlingen onder elkaar.
Wij zijn net als Jezus en zijn leerlingen. Wij zitten samen met Jezus in de boot. Hij roept ieder van ons op om met Hem op weg te gaan, waar Hij ons ook heen leidt. Ieder van ons is geroepen Jezus te volgen. We mogen ook de stem van Jezus horen die tot ieder van ons zegt ‘volg Mij!’ Jezus is de Goede Herder die ons naar de groene velden brengt waar we kunnen rusten.
Jezus nodigt ons uit in de boot te stappen en met Hem op weg gaan vanwege onze doop en ons geloof. Samen met Jezus zitten we in dezelfde boot, die ook symbool staat voor de Kerk. In de boot stappen betekent: het vaste land achterlaten om God te volgen waar Hij ons heen wil leiden. God vraagt ons soms bepaalde zekerheden in ons leven achter te laten en op Hem te vertrouwen. Vertrouw ik op God dat Hij voor mij zorgt en me veilig naar de overkant leidt?
Gelukkig laat Jezus ons niet in de steek. Hij is met ons in de boot. Jezus is aanwezig in zijn kerk door de sacramenten en door zijn woord. Met Jezus bij ons zijn we veilig.
In ons leven kunnen we ook stormen ervaren: een storm van angst om de ziekte van het coronavirus. Een storm van angst voor het mogelijke verlies van onze dierbaren, de storm van financiële en materiele zorgen, de storm van haat en het kwaad van deze wereld enz. In die storm mogen we Jezus vragen om hulp. Hij kan ons helpen om de storm van ons leven tot rust te brengen. Jezus kan ons altijd helpen, omdat we in Hem geloven.
God, Jezus staat ons bij. Hij gaat met ons mee in dit leven. Wij mogen geloven dat God, Jezus, ons nooit in de steek laat. Tot God, Jezus, mogen we bidden: ‘Heer, schenk ons meer geloof. Sta ons bij en help ons, zodat we meer op u kunnen vertrouwen zoals Job en de leerlingen van Jezus doen. Amen.
P.M.Jehandut SVD