2021 Preek zondag 22 augustus Anna-Bonifatiuskerk

Overweging op de 21e zondag door het jaar in de AnnaBon, 22 augustus 2021

Lezingen: Jozua 24, 1-2a.15-17.18b en Johannes 6, 60-69

Zusters en broeders,

Johan Cruijff is ongetwijfeld de beroemdste Nederlandse voetballer. Misschien kunt u zich zelfs wel een van zijn doelpunten herinneren, ze zijn veel op TV geweest. En als u zich geen doelpunt kunt herinneren, dan misschien een van zijn gevleugelde uitspraken, waar hij misschien wel net zo beroemd om was, in ieder geval in Nederland.

Een van die beroemde uitspraken is: ‘je gaat het pas zien als je het door hebt’. Dat betekent dat als je snapt hoe iets werkt, als je inzicht hebt, dàn kun je zien wat er gebeurt. Ook als je mij een uur lang laat kijken naar een automotor die het niet doet, zie ik echt geen oplossing. Ik zie niet wat er gebeurt of zou moeten gebeuren. Een automonteur ziet dat in een oogopslag of weet in ieder geval wat hij moet doen om het uit te zoeken. Ik zie dat niet, dat is logisch, want ik snap niets van auto’s.

In de evangelielezing van vandaag gaat het op een hele speciale manier over ‘je gaat het pas zien als je het door hebt’. Om dat goed te kunnen vertellen heb ik een aanloop nodig.

De evangelielezing van vandaag is het eind van een lang stuk in het evangelie van Johannes. Dat waren de evangelielezingen vanaf eind juli, alleen onderbroken door het feest van Maria ten Hemelopneming vorig week. Voor de duidelijkheid ga ik proberen het verhaal van Johannes in mijn eigen woorden kort samen te vatten.

Het begint met de wonderbare broodvermenigvuldiging. Daarover doorpratend komt het over het levende brood dat uit de hemel neerdaalt. En Jezus zegt: ‘dat levende brood ben Ik’. Veel mensen vragen aan Jezus: ‘maar wat neem je mee om dat te kunnen zeggen, geef ons een teken’. Maar Jezus gaat daar niet op in. Hij zegt: ‘als je na alles wat ik gedaan heb nog steeds niet snapt hoe de vork in de steel zit, is het verder hopeloos’.

Je gaat het pas zien als je het door hebt. Als je niet door hebt dat Jezus het levende brood is, kun je ook de tekenen die Hij doet niet zien. Dan helpt geen enkel teken, zelfs niet als je de Mensenzoon ziet opstijgen naar waar Hij vroeger was.

Doorhebben dat Jezus het levende brood is en dat kunnen zien en tot Hem gaan is een gave van de Geest en een gave van de Vader, zegt Jezus. Ik denk dat Hij dat zegt om zijn blijdschap uit te drukken over de degenen die hem volgen. Daarom zegt Hij: als je Mij volgt, ben je geïnspireerd door de Geest, als je mij volgt, wordt je geleid door Mijn Vader. Dat er mensen zijn die Hem volgen, beleeft Jezus as een cadeau van Zijn Vader.

Ondertussen zijn er veel mensen die niet met Jezus meegaan, veel mensen die niet zien wat er gebeurt. Ze nemen aanstoot aan de woorden van Jezus en de positie die Hij inneemt. Er zijn zoveel mensen die niet meegaan dat Jezus zelfs aan zijn twaalf leerlingen vraagt: ‘willen jullie soms ook weggaan?’ Er is een beslissend moment aangebroken.

Dat beslissende moment doet denken aan de eerste lezing. Daar is voor het volk Israël een beslissend moment aangebroken, dat wordt verwoord door Jozua: ‘als gij de Heer niet wilt dienen, kies dan nu wie gij wel dienen wilt’. Jozua laat er zelf geen twijfel over bestaan, wat zijn keuze is: ik en mijn familie, wij dienen de Heer.

Ook het volk Israël geeft antwoord: wij denken er niet aan de Heer te verlaten en andere goden te vereren. De Heer onze God heeft ons en onze vaderen uit Egypte geleid, uit het land van de slavernij. Hij heeft voor onze ogen grote tekenen verricht en ons beschermd op al onze tochten en tegen alle volken waarmee wij in aanraking kwamen. Ook wij willen de Heer dienen, Hij is onze God.’

Wat mij enorm aanspreekt in het antwoord van het volk Israël is dat de argumenten om God te dienen komen uit wat ze zelf hebben meegemaakt. Er is niet een diepzinnig theologisch betoog, nee, hun eigen ervaring, hun geschiedenis, maakt dat zij God willen dienen. De blijdschap over de aanwezigheid van God in hun leven inspireert het volk om met Hem door te gaan.

Zo kunnen ook wij naar ons leven kijken: wat zijn de dankbare momenten, wat zijn de momenten van blijdschap, wat zijn de momenten van bevrijding die maken dat we ons leven als een gave van God kunnen ontvangen. Wat zijn de momenten die ons moed geven en inspireren om in tijden van nood toch vol te houden en met God door te gaan? Momenten van inspiratie zijn kostbare momenten, die het verdienen gekoesterd en bewaard te worden met het oog op de toekomst.

Zo kunnen we niet alleen naar ons eigen leven kijken maar ook naar ons leven als parochiegemeenschap. Ik hoop dat de inspiratie die we in het verleden hebben ervaren ons helpt vol te houden in de huidige moeilijke omstandigheden en ons in staat stelt onze onzekere toekomst met vertrouwen tegemoet te gaan.

Jezus vraagt aan zijn leerlingen: ‘Wilt ook gij soms weggaan?’ Petrus geeft antwoord: ‘Heer, naar wie zouden wij anders gaan? Uw woorden zijn woorden van eeuwig leven en wij geloven en weten dat Gij de Heilige Gods zijt.’ Petrus was klaar om een beslissing te nemen. Hij wist hoe God met hem bezig was. Hij had zijn momenten op orde, om het zo maar te zeggen. Hij zag omdat hij het door had.

Geve God dat wij Zijn aanwezigheid in ons leven mogen ervaren en bewaren, tot dankbaarheid en blijvende inspiratie op onze levensweg.

Amen

Hans Mesdag