2022 Preek zondag 22 mei Gerardus Majellakerk

Overweging, nav. Johannes 14,23-29

Zesde zondag van Pasen (C), 22 mei 2022

 Hoe ga je in vertrouwen verder met de wetenschap dat Jezus er niet meer zal zijn nadat Hij gekruisigd is op Golgotha? Kun je wel zinvol leven  wanneer degene die je lief is , afscheid van je genomen heeft? Johannes beschrijft hoe Jezus bij zijn afscheid op de avond voor zijn dood zijn leerlingen een aantal bemoedigende adviezen meegeeft. Er worden in de afscheidsrede van Jezus in het evangelielezing drie genoemd:

Ondanks het afscheid blijft Jezus aanwezig en voelbaar wanneer we elkaar lief blijven hebben zoals Jezus heeft liefgehad. De Vader en Jezus wonen in het hart van iedereen die zo liefheeft, zo dichtbij als maar mogelijk is.

Houd je vast aan de geestkracht  die je meegekregen hebt sinds je lid bent geworden van de gemeente, en kennis maakte met de Geest die je zal herinneren aan wat echt van belang is in alle woorden en daden van Jezus. De Geest zal de leerlingen en ons helpen de woorden van Jezus ter harte te nemen en zijn geboden te onderhouden. In het Johannesevangelie betekent dit laatste altijd: het ene gebod van de liefde volbrengen.

Probeer de onderlinge vrede die je door Jezus gegeven is, te bewaren; laat niemand vallen en neem niemand tegen je in. Dat is de vrede die Jezus ons nalaat: niet een passief in ontvangst te nemen erfenis, maar een actieve opdracht, vol zorg voor het heil  van onze zusters en broeders.

Naar onze tijd vertaald gaat het bijvoorbeeld om te leren hoe we met respect omgaan met een cultuur die ons vreemd is en waarvan we moeten erkennen  dat we die cultuur niet begrijpen. Het gaat om een groei in respect  waar mensen vreemd zijn voor elkaar. Is dat niet het meest noodzakelijke in onze dagen?

Samen proberen de apostelen tot overeenstemming te komen. Ze vinden elkaar in de overtuiging  dat het in het leven gaat om enkele belangrijke regels. De kern van alles is de onderlinge liefde, die gedragen wordt door respect en eerbied  voor de ander. Houd je aan het meest noodzakelijke , dat wat belangrijk is om de onderlinge band te bewaren.

In deze tijd waarin we geteisterd worden door oorlog, aanslagen en angst worden we opmerkzaam  op de wijken waarin we wonen met zeer veel verschillende mensen, kleuren en nationaliteiten waarin het soms een grote opgave is om goed met elkaar om te gaan. Ik herinner me een viering met Bisschop Punt in ons midden. Hij ging voor in de Binnenwaai, een protestantse kerk op IJburg, samen met de  protestantse dominee Rob Visser en Leo Nederstigt. Aan het eind van de viering stelden de kerkgangers, (zo’n 40 mensen) zich kort aan elkaar voor. Je gelooft het of niet: we waren met 14 nationaliteiten in een kerkruimte en we voelden ons veilig en op ons gemak. Hoe kan dat nou in een wereld met zoveel conflicthaarden! Blijkbaar kunnen we ons dan toch concentreren op al in de lezingen genoemde zaken:

  1. het respect voor de ander. Dat hoeft niet te betekenen dat we in alles gelijk zijn of alles van elkaar zullen accepteren, maar wel dat we de ander in zijn anders-zijn naast ons een plaats willen geven.
  2. ons concentreren op de zorg voor de meest kwetsbare leden van onze gemeenschap. Zij verdienen de eerste aandacht.
  3. En het regelmatig de tijd nemen om ons te bezinnen op de situatie  en te bezien wat het eerst van ons gevraagd wordt.

Mensen saamhorig, mensen uniek. In allebei is Jezus ons voorgegaan. Waar we leven als verbond, als kerk van deze dagen, afgestemd op elkaar, maar tegelijk volop zelf verantwoordelijk, daar is Jezus de gekruisigde in ons midden, met respect voor iedereen. Wanneer je als gelovige ieder een eigen richting wilt gaan in navolging van bv. Paulus, Barnabas, Franciscus, Theresa van Avila, Catharina van Siena, Bisschop Bekkers doe dat. En als je bang bent elkaar uit het oog te verliezen dan moet je nog een eindje verder lopen. Op de unieke weg van God kom je elkaar namelijk altijd wel weer ergens tegen. En niet alleen de God van de christenen, ook Allah of de goden van de Hindoestanen. Wanneer ik met mijn Marokkaanse huishoudster spreek over haar overleden zus en mijn overleden dierbare schoonvader gebruiken we dezelfde woorden van verdriet en rouw, maar ook van vertrouwen en vertellen we elkaar de rituelen die bij de viering van de begrafenis gebruikelijk zijn en die van een groot respect getuigen  zowel voor de doden als de achtergeblevenen.

Bij geloven horen rituelen. Er horen bepaalde gedragingen bij. Een gebed, een kruisteken, een kaars. Het kan allemaal helpen de innerlijke overtuiging te verdiepen, te laten wortelen. Maar we hebben een helper nodig om ons alles weer te binnen te brengen wat Jezus heeft gezegd. Want als we alleen maar bidden en niet tot vergeving in staat zijn, als we kaarsen aansteken, maar geen licht brengen in elkaars leven, blijft ons geloof een laagje vernis.

Zolang ik er ben, zei Jezus, zullen jullie het wel onthouden, zul je wel bereid zijn vast te houden aan hetgeen ik gezegd heb, maar hoe moet dat wanneer ik er niet meer ben? Weet je wat? Ik zal vragen of de vader jullie een helper kan sturen. Die zal jullie alles in herinnering brengen wat ik gezegd heb.

God stuurt ons een helper zodat ons gelovig gedrag zich verdiept  tot een geloof van de ziel. Langzaam maar zeker, misschien wel een leven lang, neemt het geloof bezit van onze ziel, zodat we niet alleen uit wanhoop maar uit volle overtuiging kunnen bidden zoals de psalmist dat doet:

“God, wees ons genadig en zegen ons.

Laat het licht van uw gelaat over ons schijnen.

Dan zal men op aarde uw weg leren kennen,

In heel de wereld uw reddende kracht” (psalm 67),

Amen

Uschi Janssen