Overweging
Eerste lezing : Jezus Sirach 35:1214.16-18 – Evangelie lezing : Luc 18:9-14
Lieve mensen van God,
Als gelovigen proberen wij het Woord van God in praktijk te brengen. Soms lukt dit vrij aardig. Maar wij hebben allemaal onze valkuilen. Dingen waarvan we weten dat ze niet goed zijn, maar die we toch af en toe doen. Valkuilen hebben we individueel, maar soms ook als groep. Waar liggen onze valkuilen? Over die vraag wil ik samen met U nadenken.
Waarom heb ik dit thema voor vandaag gekozen? De lezingen sturen mij in die richting, vooral het evangelie. De parabel is ons bekend; we hebben haar al vaak gehoord. Dit keer viel mij iets op tijdens de voorbereiding. Jezus vertelt deze gelijkenis niet zomaar. Hij heeft een speciale doelgroep voor ogen: mensen die overtuigd zijn van hun eigen rechtvaardigheid en daarom neerkijken op anderen. Om deze doelgroep te bereiken, gebruikt Jezus de gelijkenis van de tollenaar en de Farizeeër.
De eerste valkuil de wij vandaag tegenkomen, is Hokjes denken. Wij stoppen mensen in hokjes. Wij denken: “Alle Farizeeërs zijn fout, alle tollenaars zijn goed”. Maar zo simpel is het niet. In het Nieuwe Testament komen ook veel goede Farizeeërs voor. Wanneer een zekere Herodes* het plan smeedt om Jezus te vermoorden, komen enkele Farizeeën Hem waarschuwen (Luc. 13,31). De belangrijkste Farizeeër van die tijd heet Gamaliël; hij verdedigt de apostelen, wanneer zij worden aangevallen door de hogepriesters (Hand. 5,34). Jezus komt op veel punten overeen met de Farizeeërs. Op andere punten verschilt Hij van mening. Vooral wanneer de eigen vroomheid ertoe leidt dat andere mensen worden buitengesloten. Niet alle Farizeeërs zijn slechte mensen. Hokjes denken is dus een probleem, als wij het evangelie willen verstaan.
Hoe zit het met de tollenaar? Daar kom ik straks op terug.
Eerst wil ik stilstaan bij Hokjes denken in onze tijd. Ik geef een voorbeeld uit de praktijk. In een opvanghuis voor vluchtelingen gebeurde onlangs het volgende. Er kwamen twee nieuwe bewoners. De ene man kwam uit een land waar homo’s worden mishandeld en vermoord wanneer zij uit de kast komen. De andere man was een leider van de vakbond en werd bedreigd door de dictator in zijn land; de tweede man is een vrome moslim. De begeleider van het opvanghuis maakte zich zorgen. Hoe zal het gaan: een vrome moslim en een kleurrijke homo samen onder één dak? Dit bleek geen probleem. De mannen respecteren elkaar en hebben een zelfde gevoel voor humor. Zij kunnen prima met elkaar opschieten. Hokjes denken zag problemen die er niet waren.
Een tweede valkuil in onze tijd is Territorium denken. U weet dat ik in veel parochies heb begeleid. Regelmatig kwam ik tegen dat mensen (een deel van) de parochie beschouwden als hun eigen terrein. “Dit is van mij. Zo doen wij het al dertig jaar. Dit gaan wij niet veranderen.” Van de ene kant begrijp ik dit. Wanneer ik te gast ben bij andere mensen, houd ik mij aan de regels van het huis. Omgekeerd verwacht ik hetzelfde, wanneer ik gasten ontvang.
Maar een parochie is niet van mij alleen. Het is ons gezamenlijke huis. Hier zijn geen gasten en ontvangers, wij zijn broeders en zusters in de Heer. Wij zijn de gelijken van elkaar. Ja, we verschillen in sommige opzichten. We komen uit diverse windstreken en culturen. Onze levens zijn op andere manieren gelopen. Toch vormen wij een eenheid, want wij zijn kinderen van Eén Vader. Hoe geven wij vorm aan ons gemeenschappelijke huis?
Deze vraag wordt in de komende tijd actueel voor onze ABG-parochie. Over een jaar wordt de kerk van de Anna Bonifatius onttrokken aan de eredienst. Veel mensen uit die kerk zullen zich aansluiten bij de Gerardus, hopen we. Veel dingen hebben we al gemeenschappelijk. Dezelfde priesters, lekenvoorgangers en lectoren. Gezamenlijke meditaties onder leiding van Tessa en Uschi. We hebben een gezamenlijk locatie bestuur, secretariaat en pastoraatsgroep. Ook gezamenlijke parochiedagen. Maar er zijn ook kleine verschillen. En voor de mensen van de AnnaBon is het pijnlijk om hun geliefde plek te verlaten.
Wat doen wij in de Gerardus? Stellen wij ons open voor de nieuwkomers? Wanneer twee mensen gaan trouwen, zegt de ene niet tegen de ander: “We doen alles op mijn manier”. Zij zoeken naar een derde weg, die van hen samen is. Laten wij als parochie hetzelfde doen. Op die manier kunnen wij Territorium denken overwinnen.
Terug naar het evangelie. Ik had U beloofd ook iets te zeggen over de tollenaar. De valkuil van het Hokjes denken hebben wij achter ons gelaten. Niet alle Farizeeërs zijn slecht. Hoe zit het met de tollenaars? Zijn die allemaal goed? Het antwoord is “nee”. Tollenaars hieven belasting op tolwegen. Vaak vroegen zij veel meer dan rechtvaardig was (Luc. 3,12-13). Twee tollenaars kennen we als persoon.
De eerste is Zacheüs. Die geeft toe dat hij veel mensen heeft afgeperst. Soms wel vier keer zoveel geld als rechtvaardig was (Luc. 19,8). Hij komt tot deze bekentenis nadat hij zich heeft omgekeerd. Jezus brengt Zacheüs terug bij diens roeping: een kind van Abraham te zijn en rechtvaardig te leven.
De tweede tollenaar is Levi. Jezus roept hem tot één van de twaalf apostelen. Na zijn bekering krijgt hij de naam Mattheüs; dit betekent: “Geschenk van God”.
Pas door hun bekering veranderen deze tollenaars in rechtvaardige mensen.
Dit zien we ook in de parabel. De tollenaar treedt voor het aangezicht van God. Dan beseft hij dat hij fout gehandeld heeft. Hij slaat zich op de borst, niet omdat hij trots is op zichzelf, maar omdat hij berouw heeft.
Durven wij het voorbeeld van deze tollenaars te volgen? Durven wij met lege handen voor God te gaan staan? Durven we onze tekorten en valkuilen onder ogen te zien? Zijn we bereid om ons gedrag te veranderen?
Zo ja, dan zal de Allerhoogste onze gebeden verhoren (eerste lezing) en zullen wij kinderen van Abraham zijn en een zegen voor onze omgeving.
Amen.
Jaap van der Meij.
Noot
*. Deze Herodes, bijgenaamd Antipas, was een zoon van Herodes de Grote. Antipas werd geboren ruim 20 jaar vóór Chr. en overleed later dan het jaar 39 ná Chr, ruim 60 jaar oud. Deze Antipas was verantwoordelijk voor de onthoofding van Johannes de Doper (Marcus 6,17-29 en Matteüs 14,3-12). In het evangelie volgens Lucas speelt Antipas een rol in het lijdensverhaal (Luc. 23,6-12 ).