2022 Preek zondag 27 maart Anna-Bonifatiuskerk

4e zondag van de veertigdagentijd C

Jozua 5,9a.10-12; Korinthiërs 5,17-21; Lucas 15,1-3.11-32

Vertrouwen

Vandaag zijn we op de vierde zondag van de veertigdagentijd aangekomen. Deze veertigdagentijd is voor ons, een periode van bezinning en inkeer, van soberheid en zoeken naar hoe we God en medemens kunnen dienen met de kracht van ons geloof.

Als de ABG parochiegemeenschap vieren we op deze zondag, de eerste gezamenlijke viering die we “Samen op weg naar een nieuwe gemeenschap” noemen. Dat is een nieuw perspectief en toekomst waar wij als de ABG parochiegemeenschap naartoe willen gaan. Via deze gezamenlijke viering ontmoeten we elkaar, leren we elkaar kennen, en proberen we de samenwerking tussen onze twee gemeenschappen voort te zetten. In principe, zijn we met zijn allen, lid van een dezelfde ABG parochiegemeenschap. Meer nog, dat we ons elkaar mogen zien als zusters en broeders van Jezus Christus in wij samen geloven.

Laten wij ons de nieuwe inspiratie en energie voor de komende zes dagen samen putten uit de Schriftlezingen van deze zondag die wij net gehoord hebben. Jezus vertelt ons vandaag een mooi verhaal over twee zonen van een dezelfde vader en moeder. Zij zijn totaal verschillend van karakter en eigenschappen. Bij hen kunnen we onszelf spiegelen wie we in de werkelijkheid zijn. 

De jongste zoon is de verloren zoon. Het is degene die het vaderhuis verlaat. Dat zijn wij, als we God vaarwel zeggen en doen wat we zelf willen, als wij zijn geboden overtreden, als we onze relatie met God, met anderen en met onszelf ontkennen. In een bredere zin kunnen we in hem ook alle mensen zien, die het geloof kwijt geraakt zijn, vooral de band met hun hemelse Vader. God laat dit toe, Hij respecteert onze vrijheid.

En deze zoon komt terug en daar ervaart hij wat vergeving is. Het is God die vol medelijden en barmhartigheid uitkijkt naar zijn kind dat kwijt geraakt is. God is niet geïnteresseerd in de verschillende soorten van zonden die zijn kind begaan heeft, maar Hij houdt van zijn kind. Hij is vol vreugde over hem. Om dat kindschap te ervaren is het noodzakelijk voor de zoon om te erkennen dat hij het verkeerde pad op is gegaan. Hij heeft berouw. Maar niet alleen dat: vooral ontkiemt er in hem een stukje vertrouwen dat zijn vader hem niet zal verwerpen. Dat is waar kindschap om draait: Vertrouwen.

Samen kijken we verder naar de oudste zoon. Dat is een veel ingewikkelder verhaal: hij doet alles goed, tenminste van buitenaf gezien. Hij is trouw, zoals de farizeeërs aan wie Jezus dit gelijkenis vertelt. ‘Jij bent altijd bij me’ zegt zijn vader. Maar hij kan zich niet met zijn vader verheugen over de terugkerende zoon. Hij wordt woedend over de uitbundigheid waarmee zijn vader deze gebeurtenis viert.

Hij is trouw aan zijn vader, maar hij veracht zijn broer die weggelopen is. En dat leidt ten slotte ook tot kritiek op zijn vader. Deze zoon is trouw, maar hij is vol van ‘negativiteit’. Hij kan zich niet verheugen over de mooie dingen die hij heeft en over het goede dat anderen meemaken. Hij is de ‘jonge man’ die het boze moet overwinnen.  Hij moet sterkte tonen om niet te blijven steken in een houding van strikte rechtvaardigheid, waar geen ruimte meer is voor barmhartigheid.

Deze oude broer is wellicht vol van hoge idealen, maar hij moet nog leren om van de armen en zwakken te houden. Pas dan zal hij er klaar voor zijn, om ‘vader’ te worden. In de film ‘Preferisco il paradiso’ over de heilige Filippo Neri, zie je aan het eind van de film, onmiddellijk voor het sterven van de heilige, dat een van zijn leerlingen, een hoogbegaafde theoloog, zijn diploma verscheurt om kinderen dit papier te geven waarop ze kunnen leren schrijven. Hij, die zich vernederd voelde, omdat hij in de keuken moest werken en niet theologie mocht onderrichten, maakte de stap: van zijn gekwetste ijdelheid, naar het vaderschap.

Ten slotte zien we de vader. Ook deze roeping is voor ons weggelegd. Als we werkelijk vaderschap beleven, dan zullen we Hem kennen ‘die er was vanaf het begin’, want we zullen in ons handelen op Hem gelijken. We zullen van binnenuit voelen, wat de hemelse Vader voelt in zijn tedere barmhartigheid die de deur altijd openhoudt voor degene die om vergeving vraagt.

De vader is iemand die niet zoals de oudere zoon blijft steken in zijn gekwetstheid – mijn slechte zoon heeft mij verlaten – maar die kijkt naar het geluk van zijn kind. Bij de jongere zoon is dat: volledige aanvaarding na een misstap, bij de oudere zoon de vraag om een stap verder te gaan in goedheid en vergevingsgezindheid.

Laten we de Heer vragen om de vreugde van deze stappen in het geloof te mogen ervaren in deze veertigdagentijd: de vreugde om de vergeving voor onze menselijke tekortkomingen, de vreugde om uit onze bitterheid te stappen op alle plekken waar wij ons onrechtvaardig bejegend voelen, de vreugde om mee te werken aan de groei van onze medemensen door fysiek of geestelijk vaderschap.

Met deze gedachten gaan we met zijn allen verder, onze geestelijke reis naar Pasen toe. En, als ABG parochiegemeenschap zijn we samen onderweg naar de nieuwe gemeenschap en de nieuwe toekomst. God zal ons in dit proces van twee gemeenschappen naar één nieuwe gemeenschap met vol vertrouwen helpen. Amen.

P. M. Jehandut SVD.