Overweging naar aanleiding van Lucas 2,22-40
Simeon en Hanna zijn twee oude mensen die hun hele leven naar de tempel zijn gegaan, hun gebeden hebben gezegd, de rituelen uitgevoerd die bij hun geloof horen. Simeon zag uit naar de tijd dat God Israël vertroosting zou schenken. Deze woorden verwijzen naar Jesaja 52, waarin gesproken wordt over een vreugdebode die over de bergen komt aangesneld. Die vreugdebode is God, die vrede en redding aankondigt en terugkeert naar Jeruzalem. Maar hoe lang kun je daarin blijven geloven, hoe lang houden woorden stand, hoe lang blijven rituelen hun kracht houden? Hoe kun je in onze donkere tijd met oorlogen en klimaatrampen blijven geloven in een vreugdebode die over de bergen aangesneld komt. Simeon zegt van dag tot dag zijn gebeden op en voert in diep geloof de erbij horende rituelen uit.
En opeens wordt het eindeloze ritme doorbroken. Simeon en Hanna zien een kind en herkennen daarin de gezalfde Gods. Er is een licht op aarde gekomen dat niet alleen voor Israël, maar voor alle volkeren zal schijnen.
Het is soms onvoorstelbaar hoeveel uithoudingsvermogen we hebben om ondanks alles vast te blijven houden aan traditie en rituelen. Volhouden! Tot het doel bereikt is. Simeon zou niet sterven voordat hij de Messias gezien zou hebben. Hij bleef, net als Hanna, God dag en nacht dienen met bidden en rituelen.
En dan veranderen opeens de omstandigheden – het kind werd binnen gebracht en Simeon mag in vrede heengaan. Hij en Hanna kunnen de rituelen nu loslaten, mogen ze loslaten.
Het kind dat in de wereld is gekomen heeft de omstandigheden veranderd. Er is een opening gekomen in de traditie.
Het hebben van rituelen of een traditie kan waardevol zijn, maar wil de kerk nog iets te zeggen hebben in een samenleving als de onze waarin ze haar gastvrijheid wil laten zien, dan moet ze dicht bij de wereld en samenleving staan. De wereldkerk, zoals ze in ons land aanwezig is, dreigt van binnen te splijten. Ze gaat niet voldoende mee met de culturele omgeving waarin ze ingebed is en blijft zo in de traditie steken.
Het kind dat geboren werd doorbrak de traditie in zijn tijd. Hoe doen we dat in onze tijd? Breder gezegd, hoe doen we dat in onze samenleving? Kunnen we traditie en gewoontes doorbreken?
De grote demonstraties in ons land vanwege de oorlog Israël-Hamas kan mensen tegenover elkaar plaatsen. Ze verschansen zich in de overtuiging van hun groep tegenover de andere. Maar het kan ook anders: een voorbeeld is de grote vredeswandeling van afgelopen 29 oktober in Amsterdam. De deelnemers riepen op tot verbinding, compassie en medemenselijkheid. De demonstranten waren geïnspireerd door de Israëlische en Palestijnse vrouwen van ‘Women Wage Peace’ en ‘Women of the Sun’. Deze Israëlische en Palestijnse vrouwen hebben in het Midden-Oosten al jaren de moed om boven hun verschillen uit te stijgen en te kiezen voor verbinding.
De demonstratie vond in stilte plaats, er waren nauwelijks spandoeken of leuzen, zoals wel bij de andere demonstraties nav de oorlog tussen Israël en Hamas te zien en te horen waren. Verbinding zoeken ipv polariseren. De tweespalt overstijgen door andere vragen te stellen waardoor een gesprek tot stand komt. Of, zoals bij een uitspraak van Loesje: “Oorlog, pas op! Niet voeren” op het andere been gezet worden. Daardoor ontstaat ook opmerkzaamheid omdat je er op humoristische wijze een slag dieper moet nadenken. Zoals ook bij de volgende one-liner van Loesje: “Zelfs in een puinhoop is hoop te vinden”.
Volgens Matthias Smalbrugge (bijlage van de Trouw van zaterdag 28 oktober 2023), hoogleraar religie en theologie aan de Vrije Universiteit gaat het om een bepaalde manier van vragen stellen. Je kunt vragen: ‘Geloof je?’ Dat zal vaak verstaan worden als ‘Geloof je in God?’. Op die vraag is het antwoord ‘ja’ of ‘nee’ en zo ontstaan er direct twee groepen. Een goed gesprek over geloven kun je daarna niet meer voeren. Je kunt de vraag ook verbreden en bedenken dat je in heel veel zaken kunt geloven: in de liefde, in de euro, in oprechtheid. Als je gelooft in de liefde is de vraag die je daarna kunt stellen: hoe kleurt liefde het geloof. Of hoe kleurt oprechtheid het geloof. Als we uitgaan van de liefde of van oprechtheid wordt ons geloof anders ingevuld dan wanneer we uitgaan van, noem het maar “ons gelijk”. Wanneer de liefde, die Jezus voorleefde, maar niet alleen Hij, het uitgangspunt is voor de invulling van ons geloof, of oprecht geïnteresseerd zijn in de ander, kan verbinding ontstaan. Wanneer we “ons gelijk”, bijvoorbeeld omdat volgens de traditie of gewoonte het altijd al zo was of altijd al zo gedaan werd, als uitgangspunt gebruiken om ons geloof in te vullen komen we tegenover elkaar te staan. Dan verzanden we in een debat van ja en nee. Wanneer we de liefde of recht doen aan de ander, als uitgangspunt zien is het makkelijker om geduldig naar elkaar te luisteren, te horen wat de ander ten diepste beweegt en kunnen we verbinding voelen.
Jan en ik had enkele dagen geleden een vriendin op bezoek die ons vertelde dat in Utrecht, in de buurt waar zij woonde onlangs aan de ene kant een islamitische school was geopend en aan de andere kant een moskee. Sindsdien wandelen veel moslims door haar buurt. Lies is gewend om de mensen in haar buurt aan te kijken en te groeten, maar merkte nu dat er veel minder op haar blik gereageerd werd. De moslims, met hoofddoekje of djellaba keken meestal weg, ontweken haar blik. Ze merkte bij zichzelf dat er een soort barrière, een soort wij/zij gevoel opkwam dat haar in essentie wezensvreemd is. Ze vroeg ons wat wij ervan vonden. Ik vertelde haar over Radia, die ik al jaren ken, een moslima waar ik vaak mee in gesprek ben en die me vertelde dat ook zij niet begreep waarom toch de liefde niet meer gezien wordt als verbindend element in onze samenleving. Precies deze opmerking van Radia gaf Lies de ruimte om de persoon, het individu te blijven zien achter de uiterlijke verschijning van de groep moslims. Dat Radia aangaf dat de liefde in ieder van ons aanwezig is en in gesprekken weer gezien en gevoeld kan worden, gaf Lisette de kans om weer te verzachten in haar oordeel. Ze zou gaan zoeken naar een plek waar ze in gesprek zou kunnen komen met een moslima. En ze gaf al aan dat ze in de apotheek goed geholpen werd door moslima’s. Dat is natuurlijk meer zakelijk, maar in een buurthuis waar mensen samen koken is in gesprek komen en luisteren naar die ander natuurlijk ook een prima mogelijkheid om, vanuit recht doen aan de ander, culturele tegenstellingen te overstijgen en ruimte voor de ander te maken.
Ook Simeon en Hanna luisterden en hoorden hoe Jezus’ ouders hun kind binnen brachten om hem aan de Heer toe te wijden. Simeon had vanuit de schriften over een vreugdebode gehoord die het licht zou worden voor de mensen en bevrijding brengen. Door te luisteren naar wat er in Jesaja gezegd werd ontstond ruimte en kon hij in vrede heengaan.
In onze samenleving leiden de verschillende perspectieven tot verdeeldheid. Het openbreken van een te vaste en rigide manier van kijken naar de wereld werd zogezegd door Simeon en Hanna voorgedaan door het in de armen nemen en vasthouden van Jezus.
Mogen ook wij zo, al luisterend naar elkaar en elkaar vasthoudend, ruimte voelen om in de komende tijd, in het nieuwe jaar, verbindend bezig te zijn en onze wereld op allerlei terreinen vooruit helpen.
Amen
Uschi Janssen